h

Mijn huisdokter en ik

3 juni 2005

Mijn huisdokter en ik

Mijn huisdokter en ik hebben een vertrouwensrelatie. Al jaren. Hij kent mij door en door en geeft mij goede raad voor mijn manier van leven, zoals voeding en beweging . Als ik wat mankeer, weet hij de middelen te vinden waarop mijn constitutie het beste reageert . Gelukkig heb ik hem niet veel nodig, maar het is een geruststellende gedachte dat ik van hem persoonlijke aandacht krijg, als ik die nodig heb .

Nu komt er plotseling een mijnheer uit Den Haag, de minister van Volksgezondheid met in zijn kielzog de zorgverzekeraar. Zij willen zich mengen in de relatie tussen mijn huisdokter en mij.

Die mijnheer uit Den Haag tikt mijn huisdokter op de vingers en zegt dat hij moet gaan onderhandelen met die cententeller- de zorgverzekeraar - over de behandelingen en de medicijnen die hij mij eventueel wil gaan verstrekken. Mijn huisdokter is een goede arts, maar niet opgeleid voor in-of verkoper en als onderhandelaar kan hij niet tippen aan Lodewijk de Waal. In plaats van onderhandelen besteedt mijn huisdokter zijn tijd liever aan zijn patiënten dan ze te verbeuzelen aan voor hem vreemde activiteiten.

Zo zou hij veel meer standaard-goedkope medicijnen moeten gebruiken volgens de cententellers. Een huisdokter echter weet dat ieder mens uniek is, anders dan bij een auto van een bepaald merk, type en bouwjaar. Ieder mens heeft dus behoefte aan een aparte benadering en behandeling.

Deze voor hun patiënten belangrijke zaken proberen de Nederlandse huisartsen al geruime tijd
de minister van Volksgezondheid aan het verstand te peuteren. Helaas tot nu toe te vergeefs.

Die mijnheer weet wel goed de weg in Den Haag, maar naar het HOE en WAAROM van medisch handelen luistert hij niet. Daarom hebben de huisartsen besloten hem tot luisteren te dwingen. Met mijn volle instemming.

Hendrik Hazeu
SP werkgroep gezondheidszorg

Klik hier voor de eerdere columns die op deze website geplaatst zijn.

Wilt u reageren op deze column? Dat kan:

U bent hier