h

Geslaagde thema-avond SP over “De grens tussen eerlijke politiek en vriendjespolitiek”

12 maart 2023

Geslaagde thema-avond SP over “De grens tussen eerlijke politiek en vriendjespolitiek”

Foto: Mathijs Fiddelaers / SP

Een met zo’n vijftig mensen goed gevulde foyer van de Venrayse Schouwburg luisterde vrijdagavond 10 maart 2023 aandachtig naar onderzoeksjournalist Joep Dohmen, professor Paul Bovend’Eert en Marc van Caldenberg, fractievoorzitter van de SP in Provinciale Staten van Limburg. Zij spraken onder deskundige leiding van Mathijs Fiddelaers met elkaar en met het publiek over integriteit in de politiek, onder de titel ‘De grens tussen eerlijke politiek en vriendjespolitiek. Zowel de sprekers als het publiek – dat na de pauze de gelegenheid kreeg vragen te stellen en daar gretig gebruik van maakte - waren vol lof over de avond.

In een voorstelrondje vertelde Joep Dohmen over zijn achtergrond als onderzoeksjournalist en professor Paul Bovend’Eert gaf aan zich met name te richten op corruptie-preventie en tegengaan van belangenverstrengeling.

Op de vraag hoe ‘integriteit” te definiëren, stelde Bovend’Eert dat de kern van integriteit is dat persoonlijke belangen niet conflicteren met algemene belangen. Hij pleit al langer voor een stevige gedragscode voor politici. Vergeleken met het buitenland loopt Nederland op dat gebied achter. Dohmen vult aan dat het bij integriteit niet alleen gaat om fraude en corruptie, maar dat integer zijn ook een ethische kwestie is. Je moet streven naar eerlijkheid en oprechtheid. Je moet aanvoelen dat je bepaalde dingen niet moet doen ook al zou het wettelijk niet verboden zijn. Zo is Van Rey (Roermond) veroordeeld voor fraude tijdens zijn wethouderschap, toentertijd geroyeerd, maar nu toch weer wethouder. Van Rey had – naar de mening van Joep Dohmen -  verstrengeling van belangen tegen kunnen gaan door destijds een andere portefeuille te kiezen. Dohmen: “Van Rey is alleen maar populairder geworden door de affaires. Hetzelfde geldt voor het CDA dat ná openbaarheid van affaires heel goed scoorde. Hetzelfde geldt voor De Mos. De kiezer reageert niet altijd afwijzend op populistische en populaire politici”. Bovend’Eert stelt: “We moeten het niet alleen van de kiezers laten afhangen en daarom moet de overheid optreden. Regels en code vastleggen en handhaven”.

Een ander voorbeeld van schending van de integriteit: de verkiezingen voor het Waterschap. Hier ontbreekt het CDA op de kieslijst, maar alle lijsten met ‘Waterbelang’ worden bemenst door CDA’ers. Zonder dat vooraf kenbaar te maken. Van Caldenberg: “De SP doet niet mee met de Waterschapsverkiezingen. Wat het CDA doet – CDA’ers vormen diverse lijsten ‘Waterbelang’ – mag, maar het is in feite oplichterij”.

Bovend’Eert vindt dat er momenteel in Nederland sprake is van corruptie in alle politieke lagen. Omkoping is hier een misdrijf en dat is redelijk geregeld. Maar niet voor de Tweede Kamer, die besluit zelf of er vervolgd gaat worden door het openbaar ministerie. Dat is op z’n zachtst gezegd merkwaardig.

Mathijs Fiddelaers legt de beide gasten voor dat iedereen wel eens iets ‘ritselt”, bijvoorbeeld door gebruik te maken van een beunhaas. Daar heeft iedereen op z’n minst wel begrip voor. Waarom geldt dat voor politici dan niet? Dohmen: “In de strafwet staat dat het niet mag en je legt nog ook een eed ook, als je een openbaar ambt bekleed. Je moet het goede voorbeeld geven. Voor je het weet, bevind je je op een glijdende schaal”. Bovend’Eert vult aan: “In ruil voor een gift of iets dergelijks doe je wat terug… Dat is grove corruptie. Giften of gunsten accepteren zonder tegenprestatie veroorzaken een schijn van belangenverstrengeling. Als politicus moet je er voor zorgen dat er geen sprake is van die schijn”.

De laatste jaren is ondermijning van de rechtstaat vaak onderwerp van gesprek. Dan wordt veelal gedoeld op de invloed van de onderwereld op de bovenwereld. Hoe zien Dohmen en Bovend’Eert dat in het kader van “integriteit”? Wanneer is er sprake van ondermijning en wat is het effect ervan? Dohmen: ‘Een corrupte politicus ondermijnt het vertrouwen in het openbaar bestuur. De burger vertrouwt als gevolg daarvan de politiek niet meer. Denk eens aan de kwestie rond Raymond Knops (oud-wethouder in Horst en oud-staatssecretaris en oud-minister van Binnenlandse Zaken), die mogelijk voordeel had bij de aanschaf van een stuk grond voor zijn nieuw te bouwen huis. Daarover heeft Dohmen voor NRC samen met Sniekers van De Limburger uitgebreid geschreven. Reden voor Knops om naar de rechter te stappen. Daar draaide Knops het helemaal om: niet hij was ondermijnend bezig door gebruik te maken van vriendjespolitiek, maar de journalisten zouden met hun artikelen ondermijnend bezig zijn. Bovend’Eert stelt dat als je je als politicus ergens tussen onderwereld versus bovenwereld begeeft, dat als crimineel beschouwd kan worden. We kennen allemaal voorbeelden van pogingen om politici te beïnvloeden. Bij integriteitskwesties neemt het vertrouwen pijlsnel af. Daarom is integriteitsbeleid belangrijk en moet er vooral strikt op gehandhaafd worden. “Het Europees Parlement barst van de corrupte politici – denk aan de Qatar-affaire – zo weten we inmiddels”, aldus Bovend’Eert. “Welk bestaansrecht heeft zo’n Europees Parlement dan nog en is het dan vreemd dat de kiezer er geen vertrouwen in heeft?”

Joep Dohmen gaat nog kort in op de effecten van zijn publicaties op zijn persoonlijke leven. Als journalist moet je een pantser ontwikkelen en als je voelt dat ze door je pantser heen gaan komen, dan wordt het tijd om het stokje over te dragen aan in dit geval een jongere collega. Het dieptepunt daarbij vormde toch wel het meldpunt dat de ex-gedeputeerde Ger Driessen (ook oud-wethouder in Horst en oud-gedeputeerde van de provincie Limburg) opende tegen zogenaamd ‘ondermijnende journalisten’. Ook al is er geen enkele melding binnengekomen, de impact was groot op Dohmens’ privéleven. Reden voor Dohmen inderdaad het stokje over te dragen.

De laatste jaren was het ook mis in de provinciale politiek in Limburg. In Limburg zie je een golfbeweging waar het gaat om het hanteren van een gedragscode. Momenteel gaat het goed, mede als gevolg van het formuleren van nieuwe regels door Gouverneur Roemer (SP), maar het moet beklijven en consequent worden toegepast. Bovend’Eert: ‘Continuïteit is belangrijk. Maar volgens hem moeten regels ook in de wet vastgelegd worden, bijvoorbeeld wat je tijdens en na het uitoefenen van je ambtsfunctie mag doen. Je ziet politici steeds eerder de politiek verlaten en vrijwel direct als lobbyist aan de slag gaan. Vaak ook nog bij instellingen waar ze als bewindspersonen subsidie aan gegeven hebben.

Er zullen – zo denkt Paul Bovend’Eert - altijd wel ‘boefjes’ blijven in de politiek. Maar uitgangspunt moet transparantie zijn, zodat alles controleerbaar is. Dat geldt voor het uitoefenen van nevenfuncties, het beperken van giften – nu kan dat in de Tweede Kamer nog onbeperkt – en ook wat je na je politieke functie gaat doen. Contacten moeten openbaar zijn. Zo krijgen burgers en media zicht op wat er speelt. Momenteel dreigt oneigenlijke beïnvloeding en verstrengeling. Het Europees Parlement wordt overlopen door lobbyisten. Dohmen: “Limburg loopt achter op gebied van transparantie. Agenda’s van gedeputeerden zijn niet transparant. Je kunt trouwens wel van alles op papier regelen, maar je moet er ook naar handelen”.

Vanuit de zaal wordt gevraagd welk advies aan politici gegeven kan worden. Bovend’Eert: “Beginnen met de boeken van Joep te lezen. En daarnaast je realiseren dat persoonlijke belangen niet mogen interfereren met algemeen belang. Belangrijk is ook om het met elkaar te bespreken wat wel en wat niet kan”. Dohmen: “En ook zorgen dat je binnen je organisatie tegenspraak organiseert. Die is er vaak niet en wordt ook meestal niet wenselijk geacht”.

Na het interview met Dohmen en Bovend’Eert kreeg Marc van Caldenberg, de fractievoorzitter van de SP in Provinciale Staten van Limburg het woord. Hij nam de zaal mee in de beschrijving van een aantal concrete zaken rondom integriteit (zie bijlage). Hij trapte af met de opstand die supporters van noodlijdende voetbalclub Roda JC een aantal jaren geleden georganiseerd hadden tegen de corrupte geldschieter, door hem letterlijk het stadion uit te duwen. Vreemd genoeg keerde de publieke opinie zich - onder aanvoering van de politiek -tegen de supporters. Iets dergelijks is zo nu en dan ook aan de hand in de toeslagenaffaire en de kwestie rond de verzakte huizen in Groningen. Mensen wordt vaak gebrek aan moreel besef toegedicht, maar in al deze voorbeelden wordt juist geknokt voor gerechtigheid. Een beperkt aantal mensen weet de ‘flappentap’ van de provincie te vinden, maar de meeste Limburgers niet.

Na de pauze kreeg ‘de zaal’ de gelegenheid vragen te stellen en daar werd gretig gebruik van gemaakt. Daarbij ging het onder andere over “ombudspolitiek”. Door het optreden van Richard de Mos in Den Haag is het woord ‘Ombudspolitiek’ in zwang gekomen. Een extreme vorm van ‘cliëntelisme’, waarbij politici in reactie op wat een individuele burger aandraagt als probleem direct een oplossing regelen. Dat kan gaan om een losliggende stoeptegel, een bankje dat in de weg staat enzovoort. De ombudspolitiek van De Mos ging verder. In ruil voor fikse bedragen voor de verkiezingscampagne van zijn partij – zo stelt de officier van justitie - bevoordeelde De Mos als wethouder bevriende ondernemers. De omstreden Richard de Mos heeft zo heel wat zetels gewonnen. Joep Dohmen daarover: “Beleid afstemmen op belangen van de mensen die jou benaderen is net zo corrupt als het aannemen van giften”. Marc van Caldenberg: ‘Mensen stemmen op je en hebben verwachtingen. Je voelt dat je wat moet doen voor je stad en dat kan leiden tot tegenstelde belangen en een worsteling. Je moet altijd kijken of iets breed gedragen wordt en handelen vanuit het algemeen belang”. Bovend’Eert: “Het idee bestaat over het algemeen dat de overheid er zich niet mee moet bemoeien. Maar in een democratie is het logisch dat er overleg is, dat kandidaten gekozen kunnen worden en dat de financiering transparant is. Maar de PVV bijvoorbeeld kent twee leden (Wilders en de Stichting Wilders). We staan dat toe, want er is een vrij mandaat. Maar je bekleedt een ambt en legt een eed af. Ondertussen wordt hij niet gecontroleerd”. Dohmen: ‘Het gaat allemaal heel stroperig in Nederland. De Tweede Kamer is door het openbaar ministerie moeilijk aan te pakken, niet transparant. Er is wel de mogelijkheid om – zoals in het geval van Baudet, die weigert de giften aan zijn partij openbaar te maken – iemand een week te schorsen, maar in feite ligt het bij het parlement zelf om regels te stellen en te sanctioneren. Maar men wil dat niet”.

Marc van Caldenberg wijst er op dat de PVV de stelling heeft dat als je jezelf in de spiegel kunt aankijken, iets mag. “Maar heb je dan wel een geweten?” vraagt hij zich af. Dohmen reageert: “Er ligt een belangrijke taak voor de politieke partijen: wie zet je op de lijst en wie bekleedt welke functie? Dat betekent dus een collectief geweten hebben en een ontwikkeld integriteitsbesef”. Paul Bovend’Eert ziet wel een oplossing: “Het parlement is vaak een tussenstation in de politieke carrière. Veel parlementariërs zijn ná één termijn al weer weg. Er moet voor meer stabiliteit gezorgd worden, zodat kennis en kunde niet verloren gaat. Goede voorbeelden van politici die voor stabiliteit zorgen, zijn Agnes Kant, Renske Leijten en Peter Omtzigt”.

U bent hier