Horst aan de maas

De gemeenteraad heeft onlangs de nieuwe verordening winkeltijden voor Horst aan de Maas vastgesteld. Hierin is geregeld dat een aantal winkels in het buitengebied 52 zondagen per jaar open mogen. Hiermee is er een ongelijke situatie ontstaan tussen enkele “grote” winkeliers en de vele kleine ondernemers. Volgens de SP fractie wordt hier misbruik gemaakt van de mogelijkheid om de toeristische status toe te kennen aan de gemeente Horst aan de Maas.

Om de winkeliers de mogelijkheid te geven alle zondagen open te gaan, moet er voldoende autonoom toerisme zijn. Dat wil zeggen dat er ook zonder die winkels, voldoende toeristen in de gemeente moeten zijn. Dat dit zo is, staat buiten kijf. Maar de bedoeling is dan natuurlijk dat er winkels open zijn waar deze autonome toerist naar toe gaat.
In de discussies ter voorbereiding op de behandeling van dit agendapunt werd door alle partijen erkend dat we hier in Horst aan de Maas de concurrentieslag niet winnen van Roermond, Venlo en/of Venray. Toch wordt dit als argument voor deze verordening aangevoerd, namelijk ‘Als iedereen het doet, moeten we ook wel’.
Een ander argument dat tijdens de discussie naar voren kwam, is de niet meer te stoppen branchevervaging, aldus sommige partijen. Dat zou de ongelijkheid rechtvaardigen, want we kunnen er toch niks aan doen. Maar wie stelt er kaders vast voor deze winkeliers? Dat is toch zeker de gemeenteraad! Neem de detailhandelstructuurvisie, waarin voor de winkels in het buitengebied regels zijn vastgelegd wat ze naast hun eigen assortiment mogen verkopen. In 2009 heeft de gemeenteraad deze visie vastgesteld. De SP heeft als enige fractie een poging gedaan om naast het percentage verkoopvloeroppervlak ook een maximaal absoluut getal in vierkante meters vast te stellen. Daarmee zou ook een winkel met een groot vloeroppervlak toch een beperkt nevenassortiment mogen hebben. CDA, VVD (nu Essentie) en PvdA vonden dat overbodig en geven dus grote winkels in het buitengebied veel ruimte voor nevenproducten. Hiermee zijn zij mede schuldig aan de alsmaar toenemende branchevervaging met als gevolg oneerlijke concurrentie met ondernemers in het centrum.
De SP fractie wil geen verschil tussen koopcentrum en buitenring of andere dorpen. Het kader moet wat dat betreft gelijk blijven. Uit eigen onderzoek van de SP blijkt dat de ondernemers in Horst-centrum prima uit de voeten kunnen met de regeling van maximaal 12 koopzondagen. Op een verruiming zitten ze niet te wachten, eerder een vermindering, iets wat ze dit jaar al in de praktijk brengen.
De SP fractie heeft dan ook een amendement ingediend om de winkeltijdenverordening aan te passen. Deze is helaas niet aangenomen waardoor de andere partijen zeggen voor gelijkheid te zijn, maar tegelijkertijd een verordening vaststellen waarin ze de ongelijkheid laten toenemen.