Horst aan de maas

In de gemeenteraadsvergadering is gediscussieerd over de manier waarop beoordeeld wordt of nieuwe gebouwen passen in de omgeving. Tot nu toe gebeurde dat door de zogenaamde Welstandscommissie. Maar er zijn steeds meer stemmen opgegaan om die commissie op te heffen. Het college van B&W kwam met een alternatief: De dorpsbouwmeester. De SP-fractie had er zo haar vraagtekens bij.

In 2004 is het toetsingskader voor de welstandsbeoordeling vastgesteld. Vanaf dat moment worden bouwaanvragen ingedeeld in drie categorieën: licht, middel en streng met daaraan verbonden meer of mindere beperkingen. Met het in kader brengen van de welstandsbeoordeling werd de eerste stap gezet naar regellichtheid en deregulering. Er waren zelfs gemeenten die overgingen tot een welstandsvrij beleid. Maasbree bijvoorbeeld. Horst aan de Maas heeft daar bewust niet voor gekozen. Wel kwam nu de vraag wie over de verschillende aanvragen zou moeten oordelen. De SP-fractie heeft stellig de indruk dat ambtenaren deze taak op zich kunnen nemen, getuige de rapporten en presentaties die er in het verleden zijn gemaakt. Op de vraag van de SP of dit een optie is, reageerde wethouder Stas dat gemeenten wettelijk opgelegd krijgen dat er een keus gemaakt wordt tussen een welstandscommissie of een dorpsbouwmeester. Er moet namelijk een onafhankelijk orgaan of persoon de uiteindelijke beoordeling maken. Na beraad heeft de fractie zich akkoord verklaard met het aanstellen van een dorpsbouwmeester.